Winterradijs of ramenas is niet echt nieuw. Maar de grote omvang van de wortels, het wat minder fijn voorkomen, hun ruwe uiterlijk en grove vorm doet de meeste mensen vergeten dat ze dezelfde pittige en opvallende smaak hebben als hun kleine voorjaarsvarianten. En precies in de winter heb je volop behoefte aan iets pittigs om de vaak vlakke smaak van wintergroenten flink op te peppen. Dat kan met radijs dus.

Wie vanaf nu wil oogsten moet uiteraard op tijd zaaien. Traditioneel hebben ook de winterradijzen, net als de kleine radijsjes, behoefte aan wat koelere temperaturen om te groeien. Midden tot eind augustus is de beste periode om te starten met zaaien. Maar begin september kan ook nog. Net als alle radijzen willen ze een goede vochthoudende grond. Volop volledig verteerde compost is voldoende aangezien ze aan verse bemesting een hekel hebben. Net als alle wortelgewassen geven ze de voorkeur aan dieplosse grond zodat ze zonder problemen hun wortels kunnen ontwikkelen.

Je kunt best op rijen zaaien die zo’n 20 cm uit elkaar mogen komen. Zaai dun, elke 2 cm en dun de zaailingen na opkomst nog een keer uit tot de jonge planten op zo’n 10 cm in de rij flink kunnen uitgroeien. De planten ontwikkelen flink veel loof, dus wanneer je in het begin enkele malen schoffelt heb je verder weinig problemen met onkruid. de grote hoeveelheid blad houdt de grond ook koel, wat ze precies nodig hebben. Het blad is – net als raapsteeltjes – overigens gewoon eetbaar. In warme periodes een beetje extra vocht en verder heb je er geen omkijken naar.

Opnieuw net als bij de gewone voorjaarsradijsjes, groeien deze wortels altijd een flink stuk boven en een stuk onder de grond. Dat is handig, zo kun je makkelijk zien welke planten al klaar zijn om te oogsten. Oogst ze eerst jong 2 cm dik en dun ze zo nog wat verder uit. De overige mogen tot lekker dikke wortels uitgroeien voor de wintermaanden.

Lees meer  De gierzwaluw

Om lang te kunnen blijven oogsten kun je de wortels bij vorst gewoon met aarde bedekken. Wat gevallen blad eroverheen werkt meestal ook prima. Alleen water dat bovenop de grond blijft staan wordt de planten meestal fataal. Maar met een beetje extra aandacht in de winter kun je vaak tot in maart, tot aan de nieuwe eerste oogst van de voorjaarsradijsjes, blijven oogsten.

Wat dan nog overblijft is de uitgebreide keuze uit de verschillende rassen. Laat je gewoon verleiden door kleur. Niets fout met de klassieke zwarte ramenas. Beschikbaar in ronde en langwerpige vorm en onder zijn ruwe zwarte schil zit de witte en pittige radijssmaak. In contrast daarmee heb je de Japanse daikon’s. Puur wit, vaak ontzettend lang en zeer snelgroeiend. Iet minder winterhard, dus voor de eerste zware vorst oogsten. Uit China kunt de opvallende roze winterradijs. Een grappige en erg aantrekkelijke kleur en opnieuw goed voor heel de winterperiode.

Wie op zoek is naar iets origineels moet zeker de oosterse ‘Beauty Heart’ radijs uitproberen. Ronde of halflange wortel, bovenaan groen, onderaan wit en vaak roze in zijn staart. Wanneer je deze wortel doorsnijdt zie je binnenin het roze hart, daar omheen wit en de schil is groen. In China worden ze met een scherp mes versneden en gevormd tot eetbare roosjes om schotels te versieren. En ook de ‘Green Luobo’ is heel apart. Een van de weinige groene wortels, en dan bedoelen we groen binnenin. Het zijn halflange wortels die makkelijk tot 5 – 6 cm in diameter kunnen uitgroeien. Bovenaan diepgroen, onderaan wit. En in beide tinten een fijne zachte radijssmaak.

Al deze winterradijzen zijn heel populair in rauwkost en het wordt helemaal bijzonder wanneer je met als deze kleurtjes gaat spelen. Door een bonte mengeling van winterradijzen aan te planten krijg je zo niet enkel een winter vol vitamines, pit en smaak, maar ook een kleurrijke basis voor de mooiste winterse rauwkostsalades.

Lees meer  Moestuinkalender September

Tekst: redactie Moestuin
Klik hier voor een abonnement >>