Knolvenkel is een witte, bolvormige groente met vaak meerdere stengels aan de bovenkant. Het heeft een sterke anijssmaak. Knolvenkel zit vol vitamine C en ijzer en is dus erg gezond. Wil je zelf knolvenkel kweken? We leggen je uit hoe je dit het best kunt aanpakken.

Knolvenkel kweken

Er zijn twee momenten in het jaar waarop je kunt beginnen met knolvenkel kweken. In het voorjaar (maart/april) en in de zomer (juni/juli). Er zijn dus ook twee oogstmomenten: juni/juli en september/oktober.

Zaaien

Wil je in het voorjaar zaaien? Dan kun je het beste binnen voorzaaien in een kweekkasje. Zaai niet meer dan drie zaadjes in een potje. Gebruik zaai- en stekgrond en dek de zaadjes af met ongeveer een halve centimeter grond. Zet ze in de vensterbank op een lichte plek. Als je in de zomer zaait, kun je dat direct in de volle grond doen.

De volle grond in

Als je de venkelzaadjes regelmatig water geeft, zullen ze na ongeveer tien dagen gaan kiemen. Haal als de plantjes ongeveer 3 cm groot zijn de minst goede zaailingen weg zodat er een sterke overblijft. Je kunt de knolvenkel dan overzetten in een pot. Na drie à vier weken mogen ze de volle grond in. Maar laat de binnen opgekweekte plantjes eerst afharden voordat je ze buiten uitplant. Je laat ze dan langzaam wennen aan de buitentemperatuur. Heb je je moestuin ingedeeld in vakken voor wisselteelt? Knolvenkel behoort tot de wortelgewassen, dus plant ze dan in het vak met dit soort groenten. Ze vormen flinke knollen dus laat 20 tot 30 centimeter ruimte tussen de planten. Knolvenkel doet het het beste in de zon of halfschaduw. Wordt het te warm, dan is het slim om de planten af te dekken.

Tip: Zet je knolvenkel niet naast paprika, tomaten of bonen. Dit zijn slechte buren die de groei in de weg staan.

Goede grond

Knolvenkel houdt van een luchtige en vochtige grond. Als de grond uitdroogt, bestaat de kans dat de plant sneller doorschiet. Het is daarom aan te raden om vooraf flink wat compost door de grond te werken. Knolvenkel heeft niet extreem veel voeding nodig. Een beetje organische mest met kali is goed voor de groei van de bol. Dit kun je halverwege de groei ook nog een keer toevoegen.

Tip: Breng een mulchlaag aan rond de venkel. De grond houdt hierdoor beter vocht vast.

Oogsten

Wanneer de venkelknol ongeveer 10 cm groot is – dit zal na zo’n drie maanden na het zaaien zijn – kun je hem oogsten. De knol ligt bijna helemaal boven de grond, dus je kunt goed zien wanneer hij groot genoeg is. Trek de knol aan het loof uit de grond. Snij het loof er direct af. Dit kun je ook eten! Als je de stengels in het water zet, blijven ze nog twee dagen goed. Ook de venkelknol blijft zo’n twee tot drie dagen goed mits je hem koel bewaart

Bekijk ook dit heerlijke recept met zalm, spinazieroom en venkel.